Waarom je veel van je lichaam weet en weinig van je stem

november 10, 2015

In  de eerste spraakles op de Toneelacademie vraag ik de studenten iets te vertellen over hun stem. Dat vinden ze vaak vreemd, wat een raar begin! Ze verwachten oefeningen. Ik zie enkelen een beetje wantrouwend kijken ‘ZIJ gaat ons toch lesgeven, hoezo moet ik dit weten?’.
Ik slisik mompelnooit over nagedacht…zijn meestal de antwoorden.

Dan vraag ik wat ze weten over hun lichaam. Die vraag is een beetje gênant, maar veel makkelijker. Ze gaan los: wat mooi en lelijk is, blessures, het meest gewenste uiterlijk en sommige jongens vinden een gespierd lichaam belangrijk :))).

De studenten zijn niet de enigen die geen idee hebben van hun stem maar wel van hun lichaam. Logisch. Je kunt je lichaam immers zien. Met hulp van een paar spiegels kun je jezelf van alle kanten bekijken. Je kunt jouw lichaam vergelijken met dat van anderen. Je ziet of je lang, dik of dun bent. Als kind werd je kennis over je lichaam ieder jaar groter. Misschien zette je moeder vroeger streepjes op de muur zodat je kon zien hoe je groeide. Je merkte dat je harder kon rennen dan je klasgenoten, maar niet zo goed kon voetballen. En nu ken je je lichaam vrij precies: gewicht, maat, misschien bloeddruk, lichaamsbouw, je fysieke mogelijkheden en klachten etc.
Tot in detail ken je je lichaam.

Maar je stem?
Je kunt je stem niet ’s ochtends in de spiegel bestuderen. Er zijn geen foto’s van je stem. Misschien hoor je jezelf wel eens op een opname. Maar dat klinkt zo raar dat dat nauwelijks herkenning oproept. Je kunt je stem niet aanraken, voelen of vastpakken. Niemand zal je stem ooit kussen, omarmen of slaan. Je stem zit verborgen in je lichaam. Alleen als je spreekt laat je stem zich horen. Heel even. Tot je klaar bent met praten. En dan houdt hij zich weer stil. Als een vreemdeling die verstoppertje speelt. En je hebt geen idee hoe hij eruit ziet en wat zijn plannen zijn.

Af en toe laat de vreemdeling je opeens schrikken: je stem bibbert door zenuwen, je mond zit vast en je blijkt nauwelijks te verstaan. Je presentatie gaat de mist in. Je nauwkeurig voorbereidde boodschap is helemaal niet over gekomen. Een onaangename verrassing. Je voelt je beschaamd, verraden door je stem. En het allerergste is dat het een fait accompli lijkt. Wat is er mis gegaan? Misschien google je en lees je een wirwar aan informatie: adem schijnt belangrijk, stembanden …Maar hoe moet je in godsnaam iets veranderen? En misschien besluit je dan teleurgesteld dat je maar niet meer moet speechen, je collega kan het veel beter.

Je kent je spraak niet zoals je je lichaam kent. Je stem kun je niet grijpen maar wel gaan be-grijpen. Eerste stap is kennismaking met de vreemdeling. En de volgende stap is er trouwe bondgenoot van maken. Want je spraak dat ben jij. En die vreemdeling ook!